Onbepaalde wijs (infinitief): vouloir. Vervoegingen van Frans werkwoord vouloir. Franse werkwoord vouloir (met avoir). Tu veux, Tu as voulu, Tu voulais, Tu avais voulu.
Onregelmatige vormen zijn in rood gedrukt. Start studying Vouloir vervoeging Frans passé composé en présent. Learn vocabulary, terms, and more with flashcards, games, and other study tools. De werkwoorden vouloir , pouvoir en valoir worden in de passé simple als volgt vervoegd : vouloir nl.
Le passé simple : les verbes vouloir , pouvoir et valoir. Bijna al deze werkwoorden worden op dezelfde manier vervoegd. Ze worden alletwee met avoir vervoegd.
De vervoeging verschilt bij regelmatige en onregelmatige werkwoorden. Alle andere regelmatige werkwoorden op -er worden op dezelfde wijze vervoegd. Pagina 1: temps simple Pagina 2: temps composés sans être et avoir pagina 3: temps composés.
Verleden tijd ( Passé Composé ). Wanneer je de verleden tijd ( passé composé ) in het Frans vormt moet je een hulpwerkwoord. Marij stelt je voor aan de verbes modaux: devoir en vouloir. De passé simple heeft dezelfde functie als de passé composé , maar wordt hoofdzakelijk gebruikt. Het overzicht van de vervoeging van regelmatige werkwoorden en hulpwerkwoorden staat op de laatste.
De onregelmatige werkwoorden hebben een eigen vervoeging. Passé composé : regelmatige werkwoorden met avoir. Om een werkwoord op de juiste manier in de passé composé te zetten, gebruik je het.
Typ een werkwoord in één van de talen NL, DE, EN, ES of FR. Indicatif Passé Antérieur. Extra oefening (1) om de passé composé (de verleden tijd) te oefenen.
Geef de infinitief van een werkwoord en je krijgt alle vervoegingen ! Hoe werkt die vervoeging passé composé nu weer? De passé composé wordt gevormd met behulp van een hulpwerkwoord en deelwoord van een. Werkwoord vouloir passe compose De.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten
Opmerking: Alleen leden van deze blog kunnen een reactie posten.